Drie verhalen van daklozen

Algerije

Ik liep op de Nieuwegracht en kwam één van onze jongere klanten tegen. Ik vroeg hem of hij wilde gaan wonen. Hij keek me wat verschrikt aan en antwoordde: “Ik moet er niet aan denken om tussen vier muren te wonen”.  Zijn antwoord verraste me. Ik vroeg hem of dat in de winterperiode, wanneer de buitentemperatuur dicht bij het vriespunt komt, niet erg onprettig was. Opnieuw verraste hij me. “Ik ben in de winter niet in Nederland. Als de herfst begint, ga ik geld verzamelen en koop een vliegticket naar Algerije. Daar is het in de winter prettig vertoeven. En na de winter kom ik weer terug. Nee, ik moet er niet aan denken om tussen vier muren te verblijven.”

Thomas

Ik werd door één van onze bevriende hulpverlenersorganisaties gebeld. Zij hadden voor Thomas, 68 jaar oud, en zijn vriend een woning gevonden. Kon Omduw helpen om deze woning van een kookapparaat en een tafel te voorzien? Dit als aanvulling op wat zij zelf al aan meubels in de woning hadden gezet. In de opslag van Omduw stonden een gasstel en een kleine tafel met een paar stoelen. We spraken af om die op een donderdag, als Thomas in de woning was, te brengen. We kwamen op de afgesproken datum in de woning en ontmoetten Thomas. Ik herkende hem van het spreekuur van Omduw. Hij was verrast dat we hem kwamen helpen met een gasstel en een tafel met stoelen.  Ik vroeg hem waar zijn vriend was. Die zit daar, zei hij en wees naar het bushokje tegenover de woning. Komt hij niet binnen? vroeg ik hem. “Hij moet nog wennen aan het idee dat hij voortaan binnen kan verblijven. Hij kijkt de kat nog even uit de boom”. Na onze spullen te hebben afgeleverd, vertrokken we. Enkele weken later kwam ik Thomas met zijn vriend tegen. Ze liepen in het centrum van de stad op straat. Op mijn vraag hoe het met het wonen ging meldden ze dat ze niet meer in de woning verbleven, omdat de vriend van Thomas niet wilde gaan wonen.

Triest was het om een paar jaar later te horen dat Thomas was overleden. Het Straatpastoraat heeft een schildje met zijn naam in de Gedachtenisboom bij het Catharijneconvent opgehangen. Bij die boom worden jaarlijks op of rond  2 november (Allerzielen) de overleden daklozen herdacht.

Swapfiets

Op het spreekuur van Omduw meldde zich een jonge vrouw. Ze vertelde dat haar Swapfiets (een fiets met een leasecontract) door de gemeente Utrecht was weggehaald, omdat deze op een plaats aan de achterzijde van het station was geparkeerd waar geen fietsen mochten worden geplaatst. Ze was erg verbaasd toen ze hoorde dat dat gebeurd was, omdat er op die plaats veel meer fietsen stonden. Ze vroeg ons om hulp om de fiets op te gaan halen in het fietsdepot van de gemeente op het industrieterrein in Overvecht Noord. We maakten een afspraak om naar het depot te gaan.

Op de afgesproken dag reden we met mijn auto naar het depot. Onderweg vertelde ze dat ze heel jong bij haar ouders was weggehaald omdat haar vader het gezin in de steek had gelaten en de moeder verslaafd was. Ze was dan ook als verslaafde baby geboren. Ze werd in eerste instantie in een tehuis opgevangen en vervolgde haar weg langs ettelijke opvanggezinnen. Ze was, vertelde ze, een lastig kind, hetgeen bijgedragen had aan steeds een kortstondige opvang in de opeenvolgende opvanggezinnen.
Ze was wel op 17 verschillende adressen opgevangen en op haar zeventiende de straat opgegaan, om zelf haar leven te regelen. Vaak sliep ze op straat, soms bij vrienden of in de bekende nachtopvangen in de stad. Nu was ze gelukkig dat ze een woning had. Ze woonde daar begeleid, omdat ze moeite had haar eigen leven te regelen en omdat ze in de schuldsanering zat. Ze was via de rechter in het traject ‘Schuldsanering natuurlijke personen’ geplaatst en moest door zuinig te leven in drie jaar tijd zoveel mogelijk haar schulden aflossen. Ze mocht tijdens die periode van drie jaar geen nieuwe schulden maken. Als ze na die3 jaar een gunstig rapport kreeg van de begeleiden instantie, kon de rechter haar de rest van de schulden kwijtschelden. Ze was vol goede moed.

Nadat we het framenummer van de Swapfiets hadden achterhaald en Omduw de opslagkosten in het depot had betaald, fietste ze weg uit Overvecht naar haar woning.

(JdK)